Donderdag 3 december, Pokhara (2)

Een kleine 2 dagen eerder dan gepland waren we terug van onze trip met Resham van het Nepal Gospel Center; een trip die we niet snel zullen vergeten!

Zondagochtend in alle vroegte vertrokken we naar Mugling, waar we opgepikt werden door Resham en zijn zoon Anaguran. Het werd het begin van drie gedenkwaardige dagen. Een kilometer of 40 voorbij Butwal gingen we van de ‘snelweg’ af, richting Sandhikharka in het Arghakhangi district. Na ongeveer een uur rijden was het afgelopen met de asfaltweg en werd het een zand/stof/keienpad. Dat zou zo 2 dagen duren... Dagen die Ad, die voor het eerst in Nepal was, uitstekend doorstaan heeft.

Het begon gelijk al goed, want na een paar honderd meter weigerde de auto een steile helling op te gaan. De oorzaak daarvan lag onder meer in het feit, dat achterin honderden kilo’s aan Nepalese Gideon Bijbels lagen. Er zat maar één ding op, een lege auto naar boven sturen en er zelf lopend achteraan (zie foto). Dat zou zich verderop nog een aantal keren herhalen die dag en de dag er na!

Deze onverharde weg leidde uiteraard langs vele steile hellingen/afgronden, met soms wel een diepte van meer dan 1000 meter, niet echt mijn hobby! Uiteindelijk kwamen we ruim voor donker (16.30) in Sandhikharka aan. De voorganger van de lokale kerk stond ons al op te wachten. Door de vermoeiende rit lagen we al heel vroeg in bed (met een matras van ca. 2 cm. dik, wat later toch nog beter bleek te zijn dan de volgende overnachting, namelijk helemaal geen matras, alleen planken).

De volgende ochtend, na dahl bhat gegeten te hebben (zie de foto met Anaguran en Deepak, de laatste was ons vooruit gereisd), hadden we een ontmoeting met de lokale en regionale kerkleiders in het nieuwe kerkgebouw. Dit gebouw is grotendeels betaald vanuit een gift uit een PKN gemeente in Hensbroek. Het gebouw is bijna af, maar er is nog wel wat geld nodig om het helemaal af te bouwen (zie foto hieronder).

De ontmoeting vond buiten plaats, nadat ons eerst de nodige eerbewijzen waren verleend in de vorm van het omhangen van een bloemenslinger (op de foto links Resham en op de 2e foto Resham en Anaguran met in hun midden de voorganger, Pratigya Saru). De gemeente telt op dit moment ca. 100 gedoopte leden. Het werd een bijzondere ontmoeting, waarin Ad en ik ook nog een woord van bemoediging hebben mogen delen.

Vroeg in de middag ging het van hier naar het dorpje Asuurkot, waar ook een kleine gemeente is. Hier woont een vrouw van 75 die in dit district voorzover bekend de eerste gelovige was(27 jaar geleden). Bijzonder was ook de ontmoeting met een van de nieuwste gemeenteleden (totaal 26), een broeder van 80 (!), net gedoopt! Zie foto hieronder.

Van Assurkot ging het naar het district Pyuthan, naar het plaatsje Khalanga. Deze gemeente telt ca. 100 gedoopte leden en komt samen in een gehuurd mudhouse. Ad moest diep door de knieen om ongeschonden naar binnen te kunnen (zie foto).

Zoals voor alle kerkjes die we bezochten, werden hier ook Bijbels afgeleverd. Deze gemeente is hard op zoek naar een nieuwe en grotere ruimte. Na met hen gebeden te hebben, vertrokken we naar de laatste bestemming van deze enerverende dag: Bijuwar, waar we in het donker om ca. 18.30 aankwamen.

Alle kerkjes die we bezocht hebben hebben zeer gemotiveerde voorgangers en evangelisten, ze gaan er gewoon voor, ook al zijn de omstandigheden soms heel moeilijk en hebben sommige van hen zelfs vanwege hun evangelisatie al gevangen gezeten. We hebben ook in alle bezochte kerkjes met de leiders mogen bidden.

Op de foto hieronder Devu Giri, de voorganger, en zijn gezinnetje. De volgende ochtend werden we rondgeleid over het stukje grond dat ze als gemeente gekocht hebben. Deze gemeente bestaat 2 jaar en telt al meer dan 100 gedoopte leden. Ze hebben een heel klein mudhouse (gehuurd), dat veel te klein is en ze hebben dus dringend behoefte aan een geschikte ruimte, maar nog niet de middelen om een gebouwtje neer te zetten.

Van hier ging het naar het zuiden, naar de Terai in het Dang district. Eerst naar het dorpje Marighat, waar God geweldige aan het doen is onder de Taru’s. Toen we aankwamen stond een welkomst comité ons al op te wachten! (zie foto’s hieronder). Ad en ik hebben ook hier een woord van bemoediging met hen mogen delen, waarna een heerlijke dahl bhat op ons stond te wachten. Deze gemeente is sinds kort in het trotse bezit van een eigen kerkgebouw (zie foto hieronder).

Hierna gingen we op weg naar onze laatste bestemming: Balapur. Ook deze gemeente in de Terai is in het trotse bezit van een eigen gebouw. Dat is belangrijker dan wij denken, want in het hindoeisme en in de islam staan de tempel/moskee centraal voor de gelovigen. Voor nieuw gelovigen is het dan ook goed te weten dat christenen ook een eigen “tempel” hebben, wat ze overigens ook veel minder afhankelijk maakt van de wispelturigheid van de verhuurders. Op de foto’s hieronder ook een foto van Ram Bahadur Thapa, de voorganger.
Na het afscheid werden nog 2 gemeenteleden onderweg bezocht en voor hen gebeden.

Zo kwam er een eind aan een 6-tal bijzondere bezoeken aan bijzondere kerken en mensen. God is geweldige dingen aan het doen in Nepal en dat hebben we met eigen ogen mogen zien, ook al was de reis af en toe ‘scaring’ voor mij. Wat volgde was nog een lange reis terug naar Pokhara, waar we om 22.30 aankwamen.

Wat een geweldig land is dit toch en wat een geweldige mensen. Maar bovenal wat een geweldig werk is God aan het doen. Blij en dankbaar zijn we, dat we daar een klein stukje van hebben mogen zien.
Na eindelijk weer een warme douche zijn we daarna doodvermoeid als een blok in slaap gevallen.

Aukje en Paula hebben zich deze dagen ook goed vermaakt (quality time volgens eigen zeggen), maar waren wel blij dat we weer heelhuids terug waren. Ze waren zelf ook blij nog ongeschonden te zijn, want bij een bezoek aan het centrum van Pokhara werden ze geraakt door een telefoonkabel die brak (de telefoonkabels lopen bovengronds). Kort daarna werd Paula geraakt door een roekeloze taxichauffeur, maar ook dat liep gelukkig goed af.